Translation of "Is het" in French

0.012 sec.

Examples of using "Is het" in a sentence and their french translations:

- Is het klaar?
- Is het gedaan?

Est-ce fait ?

- Is het lekker?
- Is het goed?

- C'est bon ?
- Ça a bon goût ?

- Is het voorbij?
- Is het afgelopen?

Est-ce fini ?

- Is het kapot?
- Is het gebroken?

- Est-il cassé ?
- Est-elle cassée ?

- Waar is het treinstation?
- Waar is het station?

- Où est la gare ?
- Où se trouve la gare ?
- Où se trouve la gare ?
- Où se situe la gare ?

Is het samenhangend?

Est-ce que cela tient la route ?

Hier is het.

La voici.

Zo is het.

- C'est comme ça.
- C'est vrai !
- C'est juste !

Is het wit?

- Est-ce blanc ?
- C'est blanc ?

Is het erg?

- C'est grave ?
- Est-ce grave ?

Is het gratis?

C'est gratuit ?

Dat is het.

C'est ça.

Is het waar?

C'est vrai ?

Is het populair?

Est-ce populaire ?

Is het liefde?

Est-ce de l'amour ?

Is het nieuw?

- Est-ce neuf ?
- Est-ce nouveau ?

Is het nevelig?

Il y a du brouillard ?

Is het heet?

Est-ce chaud ?

Wat is het?

Qu'est-ce ?

Is het hier?

C'est ici ?

Is het giftig?

Est-ce toxique ?

Is het toegankelijk?

Est-ce accessible ?

Is het blauw?

Est-ce bleu ?

Is het kanker?

S'agit-il d'un cancer ?

Is het schoon?

Est-ce propre ?

Is het alomvattend?

Est-ce exhaustif ?

Is het gevaarlijk?

- Est-ce dangereux ?
- Est-ce périlleux ?

Is het genoeg?

Est-ce assez ?

Is het privé?

- Est-ce que c'est privé ?
- Est-ce privé ?

Is het klaar?

Est-ce prêt ?

Is het tijd?

Est-il l'heure ?

Is het mogelijk?

- Est-ce possible ?
- Est-ce que c'est possible ?

Is het aangekomen?

Est-ce que c'est arrivé ?

Waar is het?

Où est-il ?

Is het belangrijk?

- Est-ce important ?
- C'est important ?

Is het duidelijk?

Est-ce clair ?

Is het gesloten?

C’est fermé ?

Is het stabiel?

Est-ce stable ?

Is het lekker?

C'est bon ?

Is het bewolkt?

Est-ce nuageux ?

Is het pijnlijk?

- Est-ce douloureux ?
- Est-ce que c'est douloureux ?

Is het rood?

Est-il rouge ?

Is het paars?

Est-ce violet ?

Is het goed?

Est-ce que c'est bon ?

Is het gepubliceerd, en hoe streng is het tijdschrift?

Est-elle publiée, le journal est-il rigoureux ?

- Hoe laat is het?
- Hoe laat is het nu?

- Quelle heure est-il à présent ?
- Quelle heure est-il maintenant ?
- Quelle heure est-il maintenant ?

"Is het maandag of dinsdag?" "Vandaag is het dinsdag."

« On est lundi ou mardi ? » « Aujourd'hui, on est mardi. »

- Waar is het dichtstbijzijnde treinstation?
- Waar is het dichtstbije station?
- Waar is het dichtstbijzijnde spoorwegstation?

- Où est la gare la plus proche ?
- Où se trouve la gare la plus proche ?
- Où est la gare la plus proche ?

- Zo is het.
- Dat klopt.
- Zo is het maar net!

- C'est exact.
- C'est juste.
- C'est ça !

- Pardon, hoe laat is het?
- Sorry, hoe laat is het?

Je vous prie de m'excuser, quelle heure est-il ?

- Waar is het dichtstbijzijnde treinstation?
- Waar is het dichtstbijzijnde spoorwegstation?

Où est la gare la plus proche ?

- Is het hier ver vandaan?
- Is het ver van hier?

C'est loin d'ici ?

- Wat is het geheime ingrediënt?
- Wat is het geheime bestanddeel?

Quel est l'ingrédient secret ?

- Waar is het dichtstbije museum?
- Waar is het dichtstbijzijnde museum?

- Où se situe le musée le plus proche ?
- Où est le musée le plus proche ?

- Waar is het dichtstbije station?
- Waar is het dichtstbijzijnde spoorwegstation?

- Où est la gare la plus proche ?
- Où est la gare la plus proche ?

- Welke datum is het vandaag?
- Welke dag is het vandaag?

Quel jour est-ce aujourd'hui ?

Wat is het probleem?"

Où est le mal ? »

Zo is het niet.

Ce n'est pas le cas.

Is het de waarheid?

Est-ce la vérité ?

Is het te laat?

est-il trop tard ?

Zo belangrijk is het.

C'est aussi important que cela.

Zo simpel is het.

C'est aussi simple que ça.

...is het net winter.

l'hiver débute.

Dit is het broedseizoen.

C'est la saison des amours.

Waar is het westen?

Où est l'ouest ?

Wiens schuld is het?

Qui est coupable ?

Vandaag is het koud.

Il fait froid aujourd'hui.

Waar is het treinstation?

- Où est la gare ?
- Où se trouve la gare ?
- Où se trouve la gare ?

Binnenkort is het Nieuwjaar.

Ce sera bientôt le Nouvel An.

Waar is het busstation?

- Où se trouve l'arrêt de bus ?
- Où se trouve la gare routière ?

Hoe hoog is het?

Grand comment ?

Is het zuiver goud?

Est-ce de l'or pur ?