Examples of using "Воду" in a sentence and their dutch translations:
Kook het water.
Doe de kraan toe!
Doe het water uit!
Bespaar water.
Drink het water niet!
Drink water.
- Jij drinkt water.
- U drinkt water.
- Jullie drinken water.
Breng het water aan de kook.
Drink water.
Doe de kraan toe!
- Drink water!
- Drink wat water!
- Wij verspillen water.
- Wij zijn water aan het verspillen.
Droog zand neemt water op.
Breng het water aan de kook.
Wees alstublieft zuinig met water.
Ik was in het water gevallen.
Katten haten water.
Een spons neemt water op.
Alleen water, alstublieft.
Katoen neemt water op.
- Ik kook water.
- Ik ben water aan het koken.
- Wij koken water.
- Wij zijn water aan het koken.
Maria filterde het water.
Katten haten water.
Een vrouw drinkt water.
- Tom drinkt water.
- Tom is water aan het drinken.
Drink het water niet!
Olifanten drinken water.
Ik hou van water.
- Ik heb het water gedronken.
- Ik dronk het water.
We drinken water.
Vogels drinken water.
Hij drinkt water.
- Verwarm het water alstublieft.
- Verwarm het water alsjeblieft.
- Ik drink water.
- Ik drink het water.
De man drinkt water.
Tom filterde het water.
- Jij drinkt water.
- U drinkt water.
- Jullie drinken water.
Wetenschappers hebben water op Mars gevonden.
Je gaat dat water in...
Het water is niet drinkbaar.
De jongen sprong in het water.
Je aderen bevatten water.
Ik drink geen water.
Ik drink alleen water.
Is dat water drinkbaar?
Gelieve spaarzaam te zijn met water in de zomer.
- Tom viel het water in.
- Tom viel in het water.
Tom bestelde mineraalwater.
Millie is geen water aan het drinken.
Katten houden niet van water.
Nijlpaarden houden van water.
Ik drink graag koud water.
- Je verspilt water.
- U verspilt water.
- Jullie verspillen water.
- U bent water aan het verspillen.
- Je bent water aan het verspillen.
- Jullie zijn water aan het verspillen.
Hij drinkt alleen water.
Breng het water aan de kook.
Tom drinkt alleen water.
Droog zand neemt water op.
Drink het water niet uit het vuile glas!
Radar ziet water.
Gebruik niet al het warme water.
Warmte verandert ijs in water.
De warmte verandert water in stoom.
Uit hoeveel chemische elementen bestaat water?
- Tom vult een fles met water.
- Tom is een fles met water aan het vullen.
Laten we tegelijkertijd het water in springen!
Voeg de pasta toe aan het kokende water.
Ik drink water in de keuken.
Je moet misschien water laten koken.
Jezus veranderde water in wijn.