Examples of using "Лица" in a sentence and their dutch translations:
Wij zijn burgers.
Hij veegde het zweet van zijn gezicht af.
Hij veegde het zweet van zijn gezicht af.
De roman is geschreven in de eerste persoon.
Wilt u de spreekbuis van onze groep zijn?
Hij veegde het zweet van zijn gezicht af.
- Je had zijn gezicht moeten zien.
- Je had z'n gezicht moeten zien.
Je had haar gezicht moeten zien.
Je had Toms gezicht moeten zien.
Je had Maria's gezicht moeten zien.
- Ik bel u namens de heer Simon.
- Ik bel u in naam van mijnheer Simon.
- Tom zweet.
- Tom is aan het zweten.
Zij heeft een rond gezicht.
Hun gezichten leken onmenselijk, bedekt met scharlaken en zwarte verf.
Je had haar gezicht moeten zien toen ze erachter kwam.
Je had Toms gezicht moeten zien toen hij erachter kwam.
Je had haar gezicht moeten zien toen ik het haar vertelde.
Je had Toms gezicht moeten zien toen ik het hem vertelde.
Je kan door de bomen het bos niet zien.