Translation of "تسمع" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "تسمع" in a sentence and their dutch translations:

‫هل تسمع هذا؟‬

Hoor je dat?

‫أنصت، هل تسمع هذا؟‬

Luister, hoor je dat?

هل تسمع ما أقول ؟

Hoor je wat ik zeg?

‫أنصت، هل تسمع هذا؟‬ ‫انظر!‬

Luister, hoor je dat? Kijk.

‫أخيرًا، تسمع الجراء نداء مألوفًا.‬

Eindelijk hoort de pup een bekend geroep.

اظن انك لم تسمع اي شيئ جديد من طوم.

Ik neem het aan dat je van Tom niets meer gehoord hebt.

‫يجب أن نسرع ‬ ‫ونحاول اصطياد المزيد من الكائنات.‬ ‫أنصت، هل تسمع هذا؟‬

We moeten opschieten en meer beesten vinden. Luister, hoor je dat?

ربما لم تسمع قط عن غوتا بيرشا ، وهو نوع من الأشجار الاستوائية

Misschien heb je nog nooit gehoord van de gutta percha, een tropische boomsoort