1. Home
  2. Translation in context
  3. English-Dutch
  4. Bedroom

Translation of "Bedroom" in Dutch

0.034 sec.

Examples of using "Bedroom" in a sentence and their dutch translations:

This is your bedroom.

Dit is jullie slaapkamer.

I was in my bedroom.

Ik was in mijn slaapkamer.

Bill was in his bedroom.

Bill was in zijn slaapkamer.

Tom has his own bedroom.

Tom heeft zijn eigen slaapkamer.

I went into Tom's bedroom.

Ik ging Toms kamer in.

Sami went to the bedroom.

Sami ging naar de slaapkamer.

I have a large bedroom.

Ik heb een grote kamer.

He's reading in his bedroom.

Hij leest in zijn slaapkamer.

Tom is vacuuming his bedroom.

- Tom stofzuigt zijn slaapkamer.
- Tom is zijn slaapkamer aan het stofzuigen.

She went to her bedroom.

Ze ging naar haar slaapkamer.

She went upstairs to her bedroom.

Ze ging de trap op naar haar slaapkamer.

The woman sleeps in the bedroom.

De vrouw slaapt in de slaapkamer.

My bedroom is smaller than Tom's.

Mijn slaapkamer is kleiner dan die van Tom.

Don't leave the bedroom window open.

Laat het raam in de slaapkamer niet open.

- How many windows are there in your bedroom?
- How many windows are in your bedroom?

Hoeveel ramen zijn er in uw slaapkamer?

I heard a noise in the bedroom.

- Ik hoorde een geluid in de slaapkamer.
- Ik hoorde een geluid in de kamer.

This bedroom doesn't get very much sunlight.

Deze slaapkamer krijgt niet veel zonlicht.

Tom reluctantly went back to his bedroom.

Tom ging schoorvoetend terug naar zijn slaapkamer.

Tom and Mary straightened up their bedroom.

Tom en Mary maakten hun slaapkamer netjes.

I found myself lying in my bedroom.

- Ik vond mijzelf liggend op mijn kamer.
- Ik merkte dat ik in mijn kamer lag.

That bedroom doesn't actually have a bed.

Die slaapkamer heeft eigenlijk helemaal geen bed.

How many windows are there in your bedroom?

Hoeveel ramen zijn er in uw slaapkamer?

He left the bedroom and entered the living room.

Hij verliet de slaapkamer en ging de woonkamer binnen.

He had to share his bedroom with his brother.

Hij moest zijn slaapkamer met zijn broer delen.

Tom has a modest two-bedroom house in Boston.

Tom heeft een bescheiden huis met twee slaapkamers in Boston.

Mary ran off crying and slammed her bedroom door.

- Mary rende huilend weg en sloeg de deur van haar slaapkamer dicht.
- Mary rende huilend weg en sloeg de deur van haar slaapkamer toe.

Tom walked into the bedroom to get some clothes.

Tom liep de slaapkamer in om wat kleren te pakken.

- Tom has his own bedroom.
- Tom has his own room.

Tom heeft zijn eigen slaapkamer.

- I knew that Tom was in his bedroom cleaning out his closet.
- I knew Tom was in his bedroom cleaning out his closet.

Ik wist dat Tom in zijn slaapkamer zijn kast aan het opruimen was.

There was a small table in her bedroom, and on the table - a little bottle.

In haar slaapkamer stond een tafeltje. En daarop stond een klein flesje.

So, although people tend to obsess over what gays do or don't do in a bedroom,

Dus al maken mensen zich druk over wat homo's in hun slaapkamer doen,

In my new house, the living room is on the ground floor and the bedroom is on the first floor.

In mijn nieuwe huis is de woonkamer op de begane grond en de slaapkamer op de eerste verdieping.