Examples of using "Greet" in a sentence and their dutch translations:
Ik groet je.
Laten wij onze bezoekers verwelkomen.
- Groet haar als ge haar ziet!
- Zeg hallo als je haar ziet.
Tom was er om ons te begroeten.
Paul kwam naar Rome om me te begroeten.
Hij stond op om me te begroeten.
"Ik groet u, beste ideegenoten, broeders en zusters uit het grote wereldwijde mensengezin, die van heinde en verre samengekomen zijt uit de meest diverse landen van de wereld om elkaar broederlijk de hand te drukken in de naam van een groot idee, dat ons allen verenigt ..."