1. Home
  2. Translation in context
  3. English-Dutch
  4. Spends

Translation of "Spends" in Dutch

1.284 sec.

Examples of using "Spends" in a sentence and their dutch translations:

Sami spends Ramadan alone.

Sami brengt ramadan alleen door.

He spends too much money.

Hij heeft een gat in zijn hand.

- She spends her leisure time making dolls.
- She spends her free time making dolls.

Ze besteedt haar vrije tijd aan het maken van poppen.

Mary spends hours in the bathroom.

Mary brengt uren in de badkamer door.

- She spends most of her money on her dresses.
- She spends most of her money on clothes.

Ze geeft het grootste deel van haar geld uit aan kleren.

She spends most of her money on clothes.

Ze geeft het grootste deel van haar geld uit aan kleren.

Tom spends most of his money on food.

Tom geeft het meeste van zijn geld aan eten uit.

Simina spends a lot of money on cigarettes.

Simina geeft veel geld uit aan sigaretten.

Tom spends a lot of money on clothes.

Tom geeft veel geld uit aan kleren.

Tom spends a lot of time playing football.

- Tom brengt veel tijd door met het spelen van voetbal.
- Tom brengt veel tijd door met het spelen van American football.

She spends a lot of money on books.

Ze geeft behoorlijk wat geld uit aan boeken.

Tom spends a lot of time at Mary's.

Tom brengt veel tijd door in het huis van Maria.

Tom spends a majority of his time helping Mary.

Tom brengt een groot deel van zijn tijd door met Maria te helpen.

Tom spends a lot of time playing video games.

- Tom brengt veel tijd door met het spelen van videospelletjes.
- Tom brengt veel tijd door met het spelen van videogames.

He spends a lot of his time helping her.

Hij besteedt veel van zijn tijd om haar te helpen.

- Tom works too much.
- Tom spends too much time working.

Tom werkt te veel.

My wife has a sweet tooth. She spends all day eating chocolate cake.

Mijn vrouw is erg gulzig; ze brengt haar leven door met het eten van chocoladetaartjes.