Examples of using "Apprécie" in a sentence and their dutch translations:
John heeft de verpleegster graag.
- Hij waardeert jouw hulp.
- Hij waardeert je hulp.
- Hij stelt je hulp op prijs.
John heeft de verpleegster graag.
Tom waardeert moderne kunst.
Hij is blij met zijn positie.
Zij waardeert je hulp.
Hij waardeert de Japanse cultuur.
Hij houdt erg van sarcasme.
Iedereen houdt van geld.
Ik hou van hen.
Ik vind ze allemaal leuk.
Hij houdt van slapen.
Ze houdt van slapen.
Tom vindt Maria leuk.
Bijna iedereen waardeert goed eten.
- Iedereen vindt je leuk.
- Iedereen vindt u leuk.
- Iedereen vindt jullie leuk.
Iedereen houdt van geld.
- Ik zie u graag.
- Ge valt in mijn smaak.
- Ik vind je leuk.
Iedereen weet dat Tom Maria leuk vindt.
Toms favoriete actrice is Ellen Page.
Hoezeer ik u ook waardeer, ik zal niet met u trouwen.