Examples of using "Insectes " in a sentence and their dutch translations:
Er zijn overal insecten.
Kikkers eten insecten.
Steken die insecten?
Ze haat insecten.
Er zijn overal insecten.
de vogels en insecten,
Welke insecten heb je gegeten?
Muggen zijn insecten.
Er zijn overal insecten.
Zijn spinnen insecten?
Veel insecten tsjilpen op het veld.
Spinnen zijn geen insecten.
De insecten in de achtertuin moeten bestreden worden!
...en te hopen dat de insecten richting het licht vliegen...
Fabre schreef boeken over insecten.
Maar voor insecten, die het ultravioletspectrum kunnen zien...
Ik heb veel muggenbeten gekregen in het bos.
Ik ben te oud om nog met insecten te spelen, zei de jongen.
Ik ben te oud om nog met insecten te spelen, zei de jongen.
De hoofdrol van de duizendpoot als roofdier is om... ...insectenpopulaties te beheersen.
...en doe hem in een doorzichtige fles. Alle insecten vliegen naar het licht.
De kamer zat vol beestjes, miljoenen kleine, wriemelende beestjes met heel veel pootjes.