Examples of using "Sms" in a sentence and their dutch translations:
- Ze heeft mij een sms gestuurd.
- Ze heeft me ge-sms't.
Ik heb haar een sms'je gezonden.
te snel rijden en sms-en in de auto,
- Zelfs mijn grootmoeder kan een sms versturen.
- Zelfs mijn oma kan een sms'je versturen.
- Ze heeft mij een sms gestuurd.
- Ze heeft me ge-sms't.
Mijn grootmoeder sms't sneller dan jij.