Examples of using "Fociztam" in a sentence and their dutch translations:
- Ik heb gevoetbald.
- Ik speelde voetbal.
- Ik heb voetbal gespeeld.
Gisteren heb ik voetbal gespeeld.
Ik heb nooit eerder gevoetbald.
Ik speelde voetbal, en mijn zus speelde tennis.