Examples of using "Reggelit" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb het onbijt overgeslagen.
- Tom maakte ontbijt.
- Tom heeft ontbijt gemaakt.
Mijn moeder maakt het ontbijt klaar.
Hij is klaar met het ontbijt.
Ik heb ontbijt gemaakt voor Tom.
Ik heb net met Tom ontbeten.
Tom maakt ontbijt.
- Ik heb zojuist ontbeten.
- Ik heb juist ontbeten.
- Tom is nog niet klaar met ontbijten.
- Tom is nog niet klaar met ontbijt eten.