1. Home
  2. Translation in context
  3. Italian-Dutch
  4. Chili

Translation of "Chili" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Chili" in a sentence and their dutch translations:

- Peso circa 60 chili.
- Io peso circa 60 chili.

Ik weeg rond de 60 kilo.

- Ho preso tre chili.
- Io ho preso tre chili.

Ik ben drie kilo aangekomen.

- Tom ha perso trenta chili.
- Tom perse trenta chili.

Tom verloor 30 kilogram.

Centotrenta chili di muscoli.

Honderddertig kilo aan spieren.

- Peso 58 chili.
- Io peso 58 chili.
- Peso 58 kili.
- Io peso 58 kili.

Ik weeg 58 kilo.

In due mesi, persi circa 10 chili.

In twee maanden verloor ik ongeveer 10 kilo lichaamsgewicht.

Un'iniziativa che potrebbe aiutare a ridurre i miliardi di chili

Een onderneming die kon bijdragen aan het reduceren van de miljarden kilo's

Ognuno di loro più mangiare 20 chili di zucche in poche ore.

Ze kunnen elk in slechts een paar uur 20 kilo pompoenen wegwerken.

- Sulla luna peserei solo quindici chili.
- Sulla luna peserei solo quindici kili.

Op de maan zou ik maar vijftien kilo wegen.

- Il peso di queste mele è due chili.
- Il peso di queste mele è due kili.

Het gewicht van deze appels bedraagt twee kilo.