Examples of using "Moto" in a sentence and their dutch translations:
Start de auto.
Ik heb de machine aan de praat gekregen.
- Felipe heeft twee auto's en een motorfiets.
- Felipe heeft twee auto's en één motor.
- Ik begon.
- Ik startte op.
- Je startte.
- Je begon.
We hebben een domino-effect in gang gezet
Het is gevaarlijk om zonder helm op een motor te rijden.
Waarom laat ge uw moto niet herstellen?
Hoe lang duurt een omwenteling van de aarde?