Examples of using "Piacciono" in a sentence and their dutch translations:
Je hebt graag olifanten.
- Houdt u van ansjovis?
- Hou je van ansjovis?
Vind je insecten leuk?
Hou je van verrassingen?
- Vind je appels lekker?
- Hou je van appels?
Houden jullie van paarden?
Je houdt van appels.
- Hou jij van aardbeien?
- Houdt u van aardbeien?
- Houden jullie van aardbeien?
Hou je van ananas?
Hou je van bananen?
- Houd je van films?
- Hou je van films?
- Welke kleuren hou je van?
- Van welke kleuren hou je?
Hou je van wortels?
Ik vind ze allebei leuk.
- Ik geef om hen beiden.
- Ik geef om hen allebei.
- Houdt u van insecten?
- Vind je insecten leuk?
Je houdt van appels.
Ik hou van hen.
- Hij houdt van sinaasappels.
- Hij houdt van appelsienen.
Ik vind ze allemaal leuk.
Ik hou van honden.
Tom vindt ze niet leuk.
- Houdt ge van zwarte katten?
- Hou je van zwarte katten?
- Geniet je van mysterieromans?
- Lees je graag mysterieromans?
Vind je zijn liedjes leuk?
Hou je van ananasdrankjes?
- Je houdt van appels, nietwaar?
- U houdt van appels, nietwaar?
- Jullie houden van appels, nietwaar?
Ik hou van manga's.
Hou je van reizen?
Ik vind schildpadden leuk.
Ik hou van kastelen.
Ik hou van appels.
Ik hou van koekjes.
Houdt hij van sinaasappels?
Ik hou van zuurkool.
- Ik hou van bonen.
- Ik hou van boontjes.
Hou je van verrassingen?
Ik hou van sport.
- Hij houdt van snoepjes.
- Hij houdt van snoep.
- Hij houdt van zoetigheden.
Ze heeft graag sinaasappelen.
- Hij houdt van sinaasappels.
- Hij houdt van appelsienen.
- Ik hou van talen.
- Ik hou van talen!
Hij houdt van tijgers.
- Ik eet graag taart.
- Ik hou van gebak.
Heeft ze graag appelsienen?
Ik hou van schaken.
We houden van bonen.
Vind je insecten leuk?
Wij houden van kinderen.
Hou je van appels?
- Ik hou van paarden.
- Ik houd van paarden.
Ik hou van raadsels.
Ik hou van kinderen.
Ik hou van tulpen.
Ik hou van katten.
Ik hou van horloges.
Ik vind kamelen leuk.
Ik hou van spaghetti.
Ik hou van alle twee.
- Houdt ge van zwarte katten?
- Hou je van zwarte katten?
Ik hou van alle twee.
Hou je niet van appels?
Je houdt niet van liefdesverhalen.
- Ik heb niet graag eieren.
- Ik haat eieren.
Hij heeft niet graag katten.
Ik hou niet van schelpdieren.
Ze houdt van korte rokjes.
Ik vind rode rozen leuk.
Ik vind huiswerk niet leuk.
Ik hou van vreemde talen.
Ik hou ook van appels.
Hij houdt niet van eieren.
Hij houdt niet van sinaasappels.
Ik hou niet van rijkelui.
Zij houdt niet van katten.
Ik hou niet van appels.
Ik hou erg van honden.
Ik hou niet van spinnen.
Ik hou niet van oesters.
Ze houdt ook van boeken.
Ik hou echt van honden.
Ze houdt niet van sinaasappels.
Ik hou van grote steden.