1. Home
  2. Translation in context
  3. Italian-Dutch
  4. Promesso

Translation of "Promesso" in Dutch

0.014 sec.

Examples of using "Promesso" in a sentence and their dutch translations:

- Hai promesso.
- Ha promesso.
- Avete promesso.

- Je had het beloofd.
- Je hebt het beloofd.

- Me l'hai promesso.
- Me l'ha promesso.
- Me l'avete promesso.

- Je hebt het me beloofd.
- U hebt het me beloofd.
- Jullie hebben het me beloofd.
- Je beloofde het me.
- U beloofde het me.
- Jullie beloofden het me.

- Abbiamo promesso.
- Noi abbiamo promesso.

- We beloofden.
- We hebben het beloofd.

Promesso?

Beloofd?

- Ho promesso.
- Io ho promesso.
- Promisi.
- Io promisi.

- Ik beloofde.
- Ik heb het beloofd.

Io ho promesso.

Ik heb het beloofd.

- Promesso!
- Prometto.
- Lo prometto.

Ik beloof het.

- Tom ha promesso.
- Tom promise.

- Tom heeft het beloofd.
- Tom beloofde.

Lui ha promesso di sposarla.

Hij beloofde met haar te trouwen.

L'uomo ha promesso di non mentire più.

De man beloofde om voortaan niet meer te liegen.

Tom ha promesso che avrebbe aiutato Mary.

Tom beloofde dat hij Mary zou helpen.

Tom mi ha promesso che lo avrebbe fatto.

Tom heeft me beloofd dat hij dat zou doen.

Ho promesso a Tom che lo avrei fatto.

Ik heb Tom beloofd dat ik dat zal doen.

- Tom ha promesso di aiutare.
- Tom promise di aiutare.

Tom beloofde te helpen.

Ha promesso di non essere di nuovo in ritardo.

Zij beloofde niet opnieuw te laat te komen.

- Mi ha promesso che sarebbe venuta.
- Lei mi ha promesso che sarebbe venuta.
- Mi promise che sarebbe venuta.
- Lei mi promise che sarebbe venuta.

Ze beloofde me te komen.

- Tom ha promesso di aiutare Mary.
- Tom promise di aiutare Mary.

Tom beloofde Maria te bellen.

Fondamentalmente, Suchet ha anche promesso protezione dalle molte bande di guerriglia spagnole che

Cruciaal was dat Suchet ook bescherming beloofde tegen de vele Spaanse guerrillabands die