Translation of "寒かった。" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "寒かった。" in a sentence and their dutch translations:

寒かった?

Was het koud?

昨日は寒かった。

Gisteren was het koud.

今年の夏は寒かった。

Het was een koude zomer dit jaar.

- 寒かった。
- 冷たかった。

Het was koud.

とっても寒かったよ!

Het was ijskoud!

昨日はとても寒かった。

Gisteren was het verschrikkelijk koud.

今朝はとても寒かった。

- Deze morgen was het bitter koud.
- Vanmorgen was het heel koud.

昨日は寒かったですか。

Was het gisteren koud?

昨日は今日より寒かった。

Gisteren was het kouder dan vandaag.

その晩はとても寒かった。

Het was heel koud die nacht.

昨日の朝はとても寒かった。

Het was heel koud gisterochtend.

その夜はだいぶん寒かった。

De nacht was zo koud.

部屋の中は暗くて寒かった。

Het was donker en koud in de kamer.

確かに火曜日は寒かったですね。

Dinsdag was het immers koud.

寒かった、そのうえ風が吹いていた。

Het was koud, en bovendien was er wind.

寒かったので、我々は火を燃やした。

Omdat het koud was, hebben we een vuur gemaakt.

- 昨日は寒かったが、今日は更にいっそう寒い。
- 昨日も寒かったけど、今日はもっと寒いな。

Het was koud gisteren, maar vandaag is het nog kouder.

寒かったので、私たちは火を焚きました。

Omdat het koud was, hebben we een vuur gemaakt.

とても寒かったので、私は一日中家にいた。

Het was zo koud, dat ik de hele dag thuis bleef.

ホールが寒かったという点を除けばそのコンサートは楽しかった。

Het concert was leuk, maar het was wel koud in de zaal.

More Words: