Examples of using "Komórkowy" in a sentence and their dutch translations:
- Hebt ge een gsm?
- Heb je een mobieltje?
- Hebt u een mobieltje?
- Heb je een mobiele telefoon?
- Heb je een mobieltje?
- Hebt u een mobieltje?
- Heb je een mobiele telefoon?
"Heb je mijn mobieltje gezien?" "Hij ligt op tafel."