Examples of using "Noruegueses" in a sentence and their dutch translations:
Vrijwel geen van de Noren heeft het overleefd.
Het was een catastrofe voor de Noren, maar ook voor de Engelsen was het een catastrofe,
het eerste wat de Noren ervan wisten, was het zien van de glinstering van wapens die naderbij kwamen.
Maar het was een hete dag, en de Noren hadden hun zware uitrusting, vooral hun
Volgens de sage kwamen de Noren met 400 schepen aan en gingen de overlevenden in
Nou, dat zou, zou je kunnen zeggen, een einde maken aan het idee dat Engeland zou kunnen worden veroverd door Noren