Examples of using "Suéter" in a sentence and their dutch translations:
Haar sweater is paars.
Tom draagt een rode trui.
Mijn trui is gekrompen in de was.
Ik kocht deze trui gisteren.
Ik heb een pullover gekocht voor het meisje.
Ze heeft een trui voor hem gekocht.
Ik kocht een trui voor Tom