Examples of using "Мистер" in a sentence and their dutch translations:
Hij is meneer Jones.
Meneer Brown is onze leraar Engels.
Mijnheer Joel is nu van dienst.
Meneer Johnson is geen geleerde, maar een dichter.
Mijnheer Hobson sloot de winkel en ging naar huis.
Meneer Brown heeft altijd een boek bij zich.
Het andere dat meneer Ross ons leerde, is dat stemmen ontzettend belangrijk is.
Mijnheer Smith leert mij Engels.
Mijn naam is niet "Mr. Ricardo"; het is gewoon Ricardo of Rick.