Examples of using "видит" in a sentence and their dutch translations:
- Tom is aan het dromen.
- Tom droomt.
Wat ziet hij?
Wat ziet zij?
Tom kan ons niet zien.
Is het verschil te zien?
Hij ziet niets.
Hun dochter beweert monsters te zien.
Radar ziet water.
Hij kan moeilijk zien zonder bril.
- Tom is aan het dromen.
- Tom droomt.
De zwarte hond ziet de witte kat.
Ons camerasysteem kan het dus eigenlijk niet direct zien.
- Hij ziet door de bomen het bos niet meer.
- Hij ziet het bos niet door al die bomen.
Tom kan zelfs met bril niet goed zien.
Hij kan niks zien zonder zijn bril.
Hij ziet niet verder dan zijn neus lang is.
Zonder haar contactlenzen, ziet zij wazig.
Hij deed alsof hij mij niet zag.
Tom heeft slechte ogen.
Een ocelot kan nog beter in het donker zien. Tijd om naar huis te gaan.
De jongere generatie ziet de zaken anders.
Zelfs met bril kan hij niet goed zien.
Het is niet het enige dier in de jungle dat dingen anders ziet.
Ze ziet iets glimmends in het bos.
Ze zag iets bewegen, was bang en keek. 'O, hij is het.'
Alles heeft zijn schoonheid, maar niet iedereen ziet het.
Hij die veel leest en veel wandelt, ziet veel en weet veel.