Examples of using "напал" in a sentence and their dutch translations:
- Hij viel me in de rug aan.
- Hij viel me van achteren aan.
Tom werd door een grizzlybeer aangevallen.
De man viel haar aan met de bedoeling haar te doden.
- Iemand heeft Tom aangevallen.
- Iemand viel Tom aan.
De vijand viel ons 's nachts aan.
Zijn eigen neef Hjorvard deed een verrassingsaanval op de hal van de koning.
- Waarom viel je haar aan?
- Waarom vielen jullie haar aan?
- Waarom viel u haar aan?