1. Home
  2. Translation in context
  3. Russian-Dutch
  4. подаришь

Translation of "подаришь" in Dutch

0.002 sec.

Examples of using "подаришь" in a sentence and their dutch translations:

Что подаришь Тому на Рождество?

- Wat ga je Tom geven met Kerstmis?
- Wat gaat u Tom geven met Kerstmis?
- Wat gaan jullie Tom geven met Kerstmis?

- Что ты подаришь Тому на Рождество?
- Что вы подарите Тому на Рождество?

- Wat zal je Tom geven voor Kerstmis?
- Wat zult u Tom geven voor Kerstmis?
- Wat zullen jullie Tom geven voor Kerstmis?
- Wat ga je Tom geven met Kerstmis?