Examples of using "öğlen" in a sentence and their dutch translations:
Het is bijna 12 uur.
Wat heb jij vanmiddag gegeten?
Ik heb vanmiddag veel te doen.
We lunchen zo rond de middag.
- Wanneer hebt u voor het laatst een volledige maaltijd gehad? Ontbijt, lunchtijd of avondeten?
- Wanneer heb je voor het laatst een volledige maaltijd gehad? Ontbijt, lunchtijd of avondeten?