Examples of using "Istersen" in a sentence and their dutch translations:
Je kunt weg als je wilt.
Als je wilt, kunnen we gaan.
Ik kan blijven als je wilt.
Je mag opstaan als je wilt.
We doen wat jij wil.
Eet waar je zin in hebt.
Lees wat je wilt.
U kunt zingen als u wilt.
Je kan nemen, welke je wilt.
Als je wilt.
Als je terug wilt komen, zal ik het begrijpen.
Je mag mijn auto gebruiken, als je wil.
Ik kan wat toast maken, als je wil.
Je mag meebrengen wie je maar wil.
Ik kan helpen als je wil.
- Ik zal een paar liedjes zingen als je dat wilt.
- Ik zal een paar nummers zingen als u dat wenst.
- Kom wanneer ge maar wilt.
- Kom wanneer je wilt.
- Je kunt hier een tijdje blijven als je wilt.
- Jullie kunnen hier een tijdje blijven als jullie willen.
Ik kan wat toast maken, als je wil.
- Kom wanneer ge maar wilt.
- Kom wanneer je wilt.
Deze oude wagen is de jouwe als je hem wilt hebben.
Als je het wil proberen, ga je gang en probeer het.
Als je wilt, vertel ik wat Tom heeft gezegd.
Als je wil, zal ik je leren om te schaken.
Je kunt de rest van de taart opeten als je wenst.
Tom helpt wel als je het hem vraagt.
Kom wanneer het je uitkomt.
- Doe wat je wilt.
- Doe wat je goed lijkt.
Indien je zin hebt om te praten, dan weet je waar je me kan vinden.
Als je wilt, kan ik wat telefoontjes voor je plegen.
"Heb je honger?" "Als je wilt, kan ik een boterham voor je maken."
Als je succes wil hebben, moet je veel risico's nemen.
Eerlijk gezegd, denk ik niet dat het wat uitmaakt.
Als je het wilt, kan ik terug komen.
Uiteraard kan je doen wat je maar wilt.