Examples of using "Yapmamalıydım" in a sentence and their dutch translations:
Ik had dat niet moeten doen.
- Ik had dat niet mogen doen. Het was verkeerd.
- Ik had dat niet moeten doen. Het was fout.
- Ik had dat niet moeten doen. Het was verkeerd.
Ik had dat niet moeten doen. Het spijt me.
- Misschien had ik dat niet moeten doen.
- Dat had ik misschien niet moeten doen.