Examples of using "Birch" in a sentence and their dutch translations:
De bladeren van de berk zijn al vergeeld.
Die berkenbast staat direct in de fik zo brandbaar is het.
Die berkenbast fikt meteen... ...zo brandbaar is het.
Dus je wilt berkenbast gebruiken?
Of ik kan wat van de schors gebruiken van deze berk.
Berkenbast was misschien beter geweest. We moeten er weer uit, kom op.
Dus je wilt berkenbast gebruiken? Oké, laten we het proberen.