Examples of using "Unpleasant" in a sentence and their dutch translations:
Wat daarna volgde was onaangenaam.
Een onaangenaam gevoel is nooit goed.
Antarctica is een onaangename plek om te wonen.
Je moet een paar regels volgen om onplezierige resultaten te vermijden.
Het is niet goed te weten dat iets onaangenaams ons zal overkomen, zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts, of aan Frankrijk.