Examples of using "Wrote" in a sentence and their dutch translations:
Wie heeft dat geschreven?
Je schreef.
Ik schreef.
- Wie heeft dit boek geschreven?
- Wie schreef dit boek?
- Hij heeft een brief geschreven.
- Hij schreef een brief.
Wie heeft deze brief geschreven?
Wie heeft Hamlet geschreven?
Ik schreef dat.
Gisteren heeft hij een brief geschreven.
Zoals Leo Tolstoj schreef:
- Wie heeft dit boek geschreven?
- Wie schreef dit boek?
Wie heeft de brief geschreven?
Wie heeft een brief geschreven?
Wie heeft deze brief geschreven?
Wie heeft de Bijbel geschreven?
Ik heb een brief geschreven.
Tom heeft dat boek geschreven.
- Hij heeft een brief geschreven.
- Hij schreef een brief.
Zij schreef één brief.
Hebt gij dit boek geschreven?
- Tom heeft twee boeken geschreven.
- Tom schreef twee boeken.
Ik heb het genoteerd.
- Emily schreef de zin.
- Emily heeft de zin geschreven.
Emily schreef een brief.
Zij heeft een brief geschreven.
Ik heb Tom geschreven.
- Wie schreef deze zin?
- Wie heeft deze zin geschreven?
Hij heeft een brief geschreven.
Tom schreef een boek.
Ik schreef een boek.
Ik heb wat ansichtkaarten geschreven.
Tom schreef met inkt.
Hij heeft een boek geschreven.
- Ik heb je geschreven.
- Ik heb u geschreven.
Tom schreef een brief aan de kerstman.
- Ik schreef Tom een brief.
- Ik schreef een brief aan Tom.
Tom schreef Maria een brief.
Wie schreef deze twee brieven?
Hij heeft een boek geschreven over porselein.
- Hij heeft een boek geschreven over China.
- Hij heeft een boek over China geschreven.
Fabre schreef boeken over insecten.
Ze schreef me snel terug.
- Ik schreef duizend zinnen!
- Ik heb duizend zinnen geschreven!
- Hij schreef noch telefoneerde.
- Hij heeft niet geschreven noch gebeld.
- Hij heeft niet geschreven en ook niet gebeld.
Gisteren heeft hij een brief geschreven.
Maria schreef me een brief.
Jane heeft de brief zelf geschreven.
- Wie schreef deze twee brieven?
- Wie heeft die twee brieven geschreven?
Ze heeft een nieuw boek geschreven.
- Ik heb Tom geschreven.
- Ik schreef Tom een brief.
Wie heeft dat briljante artikel geschreven?
Gisteren heeft hij een brief geschreven.
Zij schreef aan een vriendin.