Translation of "Unfälle" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Unfälle" in a sentence and their dutch translations:

- Unfälle passieren halt.
- Unfälle passieren.

Ongelukken gebeuren.

- Unfälle passieren ständig.
- Unfälle kommen ständig vor.
- Unfälle kommen immer wieder vor.

Er gebeuren de hele tijd ongelukken.

Unfälle sind unvermeidlich.

- Een ongeluk zit in een klein hoekje.
- Ongevallen zijn onvermijdelijk.

Rasen verursacht Unfälle.

- Overdreven snelheid veroorzaakt ongelukken.
- Hard rijden veroorzaakt ongelukken.

Unfälle kommen ständig vor.

Er gebeuren de hele tijd ongelukken.

Durch Unaufmerksamkeit geschehen häufig Unfälle.

Onvoorzichtigheid is een veelvoorkomende oorzaak van ongelukken.

Wenn du vorsichtig fährst, kannst du Unfälle vermeiden.

Als je voorzichtig rijdt, kun je ongelukken voorkomen.

Die meisten Unfälle ereignen sich in der Nähe des eigenen Zuhauses.

De meeste ongelukken gebeuren dicht bij huis.