Examples of using "ねぇ。" in a sentence and their dutch translations:
- Zeg op!
- Vertel!
Dat is onmogelijk.
- Hallo.
- Hoi.
- Dag!
- Hallo!
- Hi!
- Hé!
- Hai!
Laten we dansen, lieverd!
Ik kan het niet geloven!
Kom op, speel met me, ik verveel me zo!
"Hé lieve vriendin, eens kijken of dit ons samen lukt?"
- Dat kan niet!
- Niet waar!
Dat kan niet waar zijn.